Astrid,
Eén jaar geleden vertrok je...
zonder afscheid
Jouw vertrek kwam niet helemaal onverwacht. Er sluimerde al jaren een rusteloosheid in jou. Je was hard voor jezelf, heel kritisch ook. Op zich is dat ok, ik ben zelf ook zo, maar het trok jou
naar beneden. Het was nooit goed genoeg. Het maakte dat je ergens liever niet aan begon, dan dat je er toch voor ging, omdat je te bang was om te falen. Om dan achteraf te denken 'wat als...' of 'Had ik toch maar...' .
Het 'waarom' van jouw vertrek hield me maanden bezig. Ik wou het snappen. Ik zocht naar antwoorden. Ik piekerde me suf en voelde me daardoor zelf heel rusteloos. Op sommige momenten voelde ik zelfs een heel intense kwaadheid. Waarom, waarom, waarom! Vooral op die momenten dat Mila verdrietig was omdat ze jou zo hard miste. Haar tranen raakten mij elke keer weer tot in het diepste van mijn ziel, omdat ik het niet beter kon maken.
Maar geleidelijk aan maakte dat gevoel van onmacht plaats voor een soort van berusting. Je vertrok uit eigen wil en dat moeten we respecteren. Jij zocht naar rust en het enige wat ik kan hopen is dat je die ook vond. Nog steeds zie ik jou in kleine dingen, denk ik aan jou bij het horen van sommige liedjes, roepen bepaalde woorden hele herinneringen op, ... maar dat is goed. En nog steeds zijn er af en toe tranen bij Mila en meestal vertel ik haar dan over hoe jij was als kind, over wat we samen allemaal deden, over de dingen waar jij van hield, ... . Daar fleurt ze meestal van op. Zo leert ze jou toch een beetje kennen en weet ze dat je haar heel graag zag.
Eén jaar geleden vertrok je en we missen je nog elke dag... maar tegelijkertijd ben je nog steeds bij ons ...
Liefs,
Je zus...